Tag archieven: Peest

Vindplaats in de omgeving van Assen

Piep zei de muis…

Deze grijze zaterdag in november waren we met maar liefst 10 man/vrouw: Marcel, Henk, Gijsbert, Marianne, Johan met aanhang, 2x Maarten, Teun en Anne. Lag er een rijke oogst in het verschiet? De temperatuur was mild en er was weinig wind. De akker lag nog vol met aardappelloof en blaadjes, maar het was te doen. Aan de straatkant was de boer bezig met ploegen. Hmmm.

Uitleg aan minder ervaren zoekers draagt bij aan de verspreiding van kennis over Neanderthaler werktuigen.

Goed geluimd gingen we op pad naar het einde van de akker. Daar wachtte een stenenbult op ons. Deels hadden we de stenen al in handen gehad tijdens het rooien. Maar deels ook niet. Vergeleken met eerdere jaren was het maar een bescheiden bult. We waren er snel doorheen. Onder in de bult woonde een bosmuis, die snel wegschoot maar even verderop bleef zitten. Geen vuistbijlen of ander fraais deze keer.

Het doorzoeken van de stenenbult.

Nog steeds vol moed togen we verder richting vak A. Henk had traditiegetrouw het vak gemarkeerd met vlaggen. Intensief zoeken leverde geen enkel resultaat, ook niet op het stuk tussen het vak en de bosrand. Zonder enige vondst gingen we naar onze lunchlocatie. Nu begonnen wij te piepen.

Over concentratie C naar B. Daar constateerden we dat het ploegen van de boer het zoeken nagenoeg onmogelijk had gemaakt. De losse grond bleef aan je laarzen plakken. Na een uurtje rondlopen hadden we nog niets. Zou het dan toch gebeuren dat we met niets thuis zouden komen? Dat was op deze akker maar één keer eerder gebeurd en dat was lang geleden.

Onze redder in nood was Anne. Hij raapte een fragment van een kern op, gemaakt van fijne vuursteen.

Anne maakt samen met Johan een foto van zijn kernfragment.

Hierna ging het snel: Maarten raapte twee kernen en een groot afslagfragment op. Een afslag gevonden door Marcel maakte de oogst voor vandaag compleet. Uiteindelijk toch een mooi resultaat ondanks de moeilijke omstandigheden. Nu maar hopen op de zegenrijke regen die ons weer zicht geeft op de vuurstenen.

Aardappeloogst

Het liep een beetje anders dan gepland, de aardappeloogst. Pech met een machine hield de boer op, op deze druilerige maandag. Met drie man waren we naar de akker in Peest getogen om een dag voor boerenknecht te spelen: Henk, Johan en Gijsbert. De akker was deels al eerder gerooid, met Henk op de aardappelrooimachine. Het wachten beu, zijn we maar wat gaan rondlopen over de akker. Hierbij hebben we de oostelijke helft van B en C afgezocht. De akker lag er niet goed bij om te zoeken. En het gebrek aan zon maakte het beoordelen van vondsten lastig.

Henk en Johan op de aardappelrooimachine. De stenen komen er in noodgang langs. Je hebt 3 tellen de tijd om te kijken of het iets is. Stenen worden in een koker gegooid en belanden dan in een bak.

Henk had zijn GPS mee. Als we dachten dat we iets hadden, noteerden we de coördinaten in een mail met foto van het voorwerp voor de administratie van Marcel.

Door het beperkte zicht liep het niet storm met de vondsten. Maar toch waren er af en toe stukken waarvan we meenden dat die maar beter ingemeten konden worden. In de tweede helft van de ochtend raapte Johan een schaafachtig voorwerp op, dat naar het zich laat aanzien op een Levallois-afslag is gemaakt. De slagbult van het voorwerp is weggeretoucheerd.

Schaafachtig object dat door Johan werd opgeraapt. Er ontbreekt een stukje dat door vorstsplijting is afgesprongen.

Niet veel later raapte Gijsbert een fraaie kern op met Levallois-achtige kenmerken van preparatie. Beide stukken zijn door Marcel toegewezen aan concentratie B, hoewel de patinering meer op die van C lijkt.

Een fraaie kern gevonden door Gijsbert.

Naast de middenpaleolithen raapten we ook nog een mesolithisch klingetje op en twee afslagen.

In het begin van de middag kwam de boer met zijn machines, en konden we gaan rooien. Dit wat een hele ervaring. De boer stelde onze medewerking op prijs. Zo kon hij wat plusjes scoren bij de Avebe, als er minder stenen tussen zijn piepers zouden zitten. Maar het leverde geen artefacten op. Dit hielden we vol tot de schemering.

Tot de kern

Het zoekseizoen loopt alweer ten einde. Dus nog een laatste keer het veld op onze akker nabij Peest met een groep van 8 man/vrouw. Er stond een lichte noordelijke poolwind, een garantie voor fraaie wolkenpartijen op de foto’s. De akker was deel omgewerkt na onze laatste zoektocht en dat was te merken aan onze oogst. Regen in de tussenliggende periode zorgde voor een goede zichtbaarheid. Wel waren de lage delen van concentratie B moeilijk begaanbaar door de modder en plassen.

Onze nieuwe zoeker Teunis vertrouwde op zijn beginnersgeluk, ook al was hij geen beginner als zoeker. En warempel, hij was de eerste met een vondst: een kern? Helaas was de zekerheid in het veld niet terecht; nadere bestudering thuis deed enige twijfels rijzen; de steen staat nu te boek als een incerto. Wat determinatie van kernen in het algemeen lastig maakt in concentratie B, is dat ze vaak vorstsplijtvlakken vertonen en daardoor gefragmenteerd zijn.

De afslag van Maarten wordt ingemeten.

Maarten vond vervolgens een afslag. En Karin raapte haar eerste kern op.

Karin raapte haar eerste kern op. Deze was moeilijk te herkennen.

Ook Johan raapte een kern op, met als bijzonderheid dat hier nog keizand aan kleefde. Dit geeft aan dat het stuk recentelijk uit de oorspronkelijke laag is opgeploegd en is mogelijk een indicator waar de site zich onder de grond bevindt; zo komen we tot de kern van de zaak.

Met vijf zekere stukken uit het Midden Paleolithicum. Daarnaast nog twee jongere stukken: een leuk tranchetbijltje (Mesolithicum) en daar vlakbij een kernpreparatiekling of een tranchetafslag (niet passend).

Na een uitgebreide lunch met kruidkoek en taart togen we naar concentratie A. Deze keer hebben we ons beperkt tot het vak en in het verlengde daarvan tot de bosrand. Dat leverde nog twee afslagen op uit het vak (beide gevonden door Maarten).

Als uitsmijter van het zoekjaar raapte Henk een enorme kern op vlak buiten de rand van het vak. De witte patina is wat afwijkend voor de concentratie en lijkt erop te wijzen dat het uit een milieu komt met vegetatie. Bijzonder is dat we uit deze concentratie weinig kernen hebben.

Een grote kern gevonden door Henk net buiten het vuistbijl-vak.

Halverwege concentratie A en de raatakkers van SBB had Henk bij de vorige zoektocht nog een afslag opgeraapt en gemarkeerd; deze is alsnog ingemeten.

Concentratie C heeft alleen twee Mesolithische afslagjes opgeleverd.

Met 8 zekere Midden Paleolithische vondsten was het een mooie afsluiting van het zoekseizoen.