Stichting Stone is lid van de Werkgroep Steentijd Noordzee, een onofficieel verband waarin ook archeologen zitten van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, de Rijksuniversiteit Groningen, de stadsarcheologen van Rotterdam en enkele vrijwilligers in de archeologie.
Onlangs is in diverse media gepubliceerd over de resultaten van het onderzoek:
De regen van enige tijd terug maakte de weg vrij om een nieuwe zoektocht te organiseren op de akker van de vindplaats Peest. De zon scheen uitbundig, wat het zicht enigszins bemoeilijkte, maar er wel een heel aangename dag van maakte voor de 13 zoekers.
In de ochtend is de zuidzijde van de akker belopen. Dit leverde een bijzondere afslag van kwartsiet op van een enorm formaat. De afslag is gemaakt met de zachte-percussie-techniek. Artefacten van kwartsiet zijn uiterst zeldzaam.
In de middag is de aandacht verlegd naar de noordzijde van de akker, waar concentratie B ligt. Aanvankelijk werd er maar weinig gevonden, totdat Marcel Niekus zich liet ontvallen dat één zekere afslag uit het Middel Paleolithicum toch wel fijn zou zijn. Een stap verder raapte de auteur dezes een prachtige kern op: een discoïde kern gemaakt middels de Levallois-techniek. Daarnaast werden even later nog 3 afslagen uit het MP opgeraapt.
Bij het opruimen van de piketpaaltjes vond onze nieuwe deelneemster Ellen een schaafachtig voorwerp (of een kern?) nabij het vuistbijlenvak. Dat is een prachtig resultaat voor een eerste zoektocht.
Nu de oogsten zo langzamer hand binnengehaald zijn, is het nieuwe zoekseizoen voor steentijd artefacten weer geopend. Zaterdag was een perfecte dag: een gebroken zonnetje, weinig wind, en een prettige temperatuur. Door de droogte van de voorafgaande weken was het zicht behoorlijk slecht. Met zeven man sterk hebben we in de ochtend een belangrijk deel van de akker van de vindplaats Peest kunnen belopen: met als resultaat drie zekere afslagen en een incerto uit het Midden Paleolithicum. Na bijna 10 jaar zoeken lijkt er zich nu ook langs de bosrand een concentratie van Neanderthaler-artefacten te vormen. Hiermee zou het aantal concentraties op drie komen: uniek voor Nederland. Dit maakt weer eens duidelijk dat voor dit soort onderzoek een lange adem is vereist.
’s Middags hebben we bij de boer een stenenhoop doorzocht. De stenen komen van dezelfde akker. Wegens de droogte is het sorteren van de aardappelen bij de schuur van de boer gebeurd in plaats van direct op de akker; de stoffigheid maakte het werk op de oogstmachine onmogelijk.
Onze Sisyfus-arbeid bleef niet onbeloond: een prachtige kern kwam te voorschijn, de grootste van de vindplaats. Helaas valt niet meer te achterhalen van welke concentratie hij afkomstig is.