Beet in Baars

Het stond al tijden op ons programma: nog eens een poging wagen in Baars (Overijssel). In het verleden was daar ooit een klingkern gevonden door de heer Jonker. Een eerdere zoektocht met studenten had niets opgeleverd; maar dat werd misschien mede veroorzaakt door de zeer modderige staat van het akkerland.

Nu waren de condities beduidend beter. Er was een weinig regen gevallen. De akker was droog. De maïs kwam net boven de grond, wat de looppaden verduidelijkte. Het weer was aangenaam en half bewolkt. Tony van Piet had gezorgd voor koffie met koek. Aan de randvoorwaarden lag het dus absoluut niet. Nu moesten de akker zijn geheimen nog prijs geven.

Zoeken op gepaste afstand in Baars, wegens de corona pandemie.

We vonden veel, erg veel zelfs: bronstijd, neolithicum, met o.a. een klein kerntje in de vorm van een vuistbijl. Maar waar bleef het Midden Paleolithische spul? Sommige stukjes glommen wat meer, andere wat minder. Maar was het Midden Paleolithisch?

Midden Paleolithisch afslag.

Twee afslagen verdienden toch nadere bestudering en werden thuis goed tegen het licht gehouden. Zowaar zat er één stukje bij met windlak en putjes: raak! Daarnaast leek dat stuk nog bewerkingen uit de Bronstijd of het Neolithicum te vertonen.

Naast deze vondst werd een zak met jonger spul mee naar huis genomen door Zwaan, voor de collectie van de WAS.

Dit resultaat nodigt uit voor vervolgonderzoek.

Koekoek

Het is inmiddels een kleine traditie dat zoekers uit het noorden van het land eenmaal per jaar de zoekers in Twente bijstaan in hun onderzoek naar de vindplaats te Mander. Het is een prachtige plek, voor een noorderling voelt het bijna als ‘buitenland’. Op de achtergrond een keur aan vogels, en wat minder op de achtergrond maar wel onzichtbaar een koekoek. Zouden de artefacten zich wel laten zien?

Wat betreft het weer hadden we weinig te klagen met een zonovergoten dag. De droogte en de het feit dat de akker deels omgewerkt was voor het inzaaien van de maïs maakte de zichtbaarheid niet heel goed.

Zoeken te Mander op een uitgedroogde akker.

Het materiaal in Mander is wat gefragmenteerder dan wat we in Peest gewend zijn. Dat geeft een extra uitdaging in het herkennen van de stukken. Door de afwezigheid van Marcel, onze MP-specialist, hadden we een veel rijkere oogst dan we gehad zouden hebben als hij er wel bij was geweest. Zo meenden we een schaaf gevonden te hebben, maar die werd uiteindelijk toch afgekeurd. Voor niets geposeerd voor de foto!

Een eerste schifting in de vondsten werd al bij de lunch gemaakt. De helft viel hier al af.

Toch mochten we niet ontevreden zijn: een aantal afslagen en een kernfragment. Bij een eerdere zoektocht die week was er al een prachtige transversale schaaf opgeraapt.