Nu de oogsten zo langzamer hand binnengehaald zijn, is het nieuwe zoekseizoen voor steentijd artefacten weer geopend. Zaterdag was een perfecte dag: een gebroken zonnetje, weinig wind, en een prettige temperatuur. Door de droogte van de voorafgaande weken was het zicht behoorlijk slecht. Met zeven man sterk hebben we in de ochtend een belangrijk deel van de akker van de vindplaats Peest kunnen belopen: met als resultaat drie zekere afslagen en een incerto uit het Midden Paleolithicum. Na bijna 10 jaar zoeken lijkt er zich nu ook langs de bosrand een concentratie van Neanderthaler-artefacten te vormen. Hiermee zou het aantal concentraties op drie komen: uniek voor Nederland. Dit maakt weer eens duidelijk dat voor dit soort onderzoek een lange adem is vereist.
’s Middags hebben we bij de boer een stenenhoop doorzocht. De stenen komen van dezelfde akker. Wegens de droogte is het sorteren van de aardappelen bij de schuur van de boer gebeurd in plaats van direct op de akker; de stoffigheid maakte het werk op de oogstmachine onmogelijk.
Onze Sisyfus-arbeid bleef niet onbeloond: een prachtige kern kwam te voorschijn, de grootste van de vindplaats. Helaas valt niet meer te achterhalen van welke concentratie hij afkomstig is.
Categoriearchief: Nieuws
Alle berichten in relatie tot Stichting Stone
Waren neanderthalers kannibalen?
In de grotten van Goyet (België) zijn in de 19e en 20e eeuw grote hoeveelheden menselijke en dierlijke resten opgegraven. De datering van de botten ligt op basis van koolstofdateringen tussen de 40500 tot 45500 jaar geleden, een tijdsvak waarin de neanderthalers nog volop aanwezig waren in Europa.
De vondsten zijn opnieuw geanalyseerd. Hieruit bleek dat 96 van de 283 menselijke botfragmenten uit de verzameling afkomstig waren van neanderthalers, van tenminste 5 individuen.
Met de de beenderen van neanderthalers uit Goyet is wat bijzonders aan de hand: inkepingen, deuken en snijsporen op de beenderen zijn bewijzen voor bewerking door anderen. Is dit dan het eerste bewijs uit Noord-Europa dat neanderthalers kannibalen waren?
Archeoloog Marcel Niekus van Stichting Steentijdonderzoek Nederland (STONE) uit Groningen, is gespecialiseerd in neanderthalers uit Noord-Nederland en is niet betrokken bij het Belgische onderzoek: hij is er niet van overtuigd dat neanderthalers elkaar opaten. Hij stelt dat de snijsporen, inkepingen en inslagen ook het gevolg kunnen zijn van het maken van de werktuigen van de menselijke botten. Werktuigen van bot van neanderthalers zijn vrij algemeen. De mensenbotten uit Goyet lijken gebruikt te zijn om vuurstenen werktuigen te retoucheren. Juist pijpbeenderen waren daar zeer geschikt voor.
(bron: Kennislink)
Record aantal vondsten op neanderthaler-werkplaats
Zondag 17 april is het bestaande dagrecord van het aantal vondsten ruimschoots verbroken op de neanderthaler-vindplaats Peest (Drenthe). Dit stond al jaren op twaalf Midden Paleolithische artefacten en leek onovertrefbaar. Met de achttien zekere stukken die zondag zijn opgeraapt op de B-lokatie op de vindplaats Peest is het dagrecord met de helft verhoogd. Opmerkelijk is het grote aantal kernen: 6; verder natuurlijk veel afslagen (11), waarvan een paar klingvormig; en er is waarschijnlijk een schaaf gevonden; maar misschien is het beter om te spreken van een geretoucheerde afslag. De kernen zijn ad-hoc zonder al teveel preparatie of systematiek. Één kern heeft slechts een negatief en daarnaast een serie kleine negatiefjes, dit stuk is alleen maar getest en vervolgens afgedankt. Verder laten de meeste afslagen cortex op de dorsale zijde zien.
De vondsten bevestigen het beeld dat concentratie B een vuusteenbewerkingsplek is. In contrast met concentratie A: daar wijst het grote aantal vuistbijlen er op dat het op een slachtplaats gaat. Een onderzoeksvraag die nu open ligt is wat de relatie tussen de twee concentraties is: zijn ze gelijktijdig en zo ja heeft er uitwisseling van artefacten plaatsgevonden, of preciezer: zijn de artefacten van concentratie A vervaardigd op concentratie B?